Herstel biodiversiteit is niet alleen een technisch verhaal

Goede contacten en langdurige relaties tussen natuurbeschermers en boeren waren belangrijk om de natuur in het cultuurlandschap van Ooijpolder en Groesbeek te verbeteren.

Dat is de indruk die Sabine Baumgarten kreeg na gesprekken met mensen uit de streek. In het eerste jaar van haar PhD-onderzoek verkent ze het uitgebreide netwerk van mensen in haar onderzoeksgebied. Ze bestudeert de interacties tussen mensen en organisaties die betrokken waren en zijn bij de ontwikkelingen rondom natuur- en landschapsontwikkeling in Ooijpolder-Groesbeek.

Sabine wil achterhalen hoe samenwerking en constructieve gesprekken tussen belanghebbenden in een gebied bij kunnen dragen aan het herstel van biodiversiteit. Hoe zit bijvoorbeeld het netwerk van mensen in elkaar, wie heeft er kennis van zaken, speelt leiderschap een rol en hoe werden en worden coalities gesmeed? Het is immers niet alleen een technisch verhaal over diersoorten, landbouwmethoden en grondgebruik. Het gaat ook om mensen en hun verschillende identiteiten, waardes, percepties en interesses. In haar onderzoek wil Sabine daarom de sociale aspecten nader belichten en kijkt ze met name naar de voorwaarden voor grensoverschrijdende samenwerking. Daarmee bedoelt zij vormen en manieren van samenwerking waarin mensen met verschillende achtergronden en expertise bij elkaar komen om integrale oplossingsrichtingen te bedenken en uiteindelijk te realiseren.

In een van haar deelstudies kijkt zij samen met betrokkenen naar de geschiedenis en gaat ze op zoek naar zogenoemde kantelmomenten (‘windows of opportunities’) die de natuur- en landschapsontwikkelingen in het gebied mogelijk hebben gemaakt. Volgens Sabine lijkt de succesvolle invoering van groenblauwe diensten in het gebied een dergelijk kantelpunt te zijn geweest. Een eerste analyse laat ook zien dat persoonlijke contacten tussen boeren en natuurbeschermers, het aantrekken en benutten van kennis en financiële middelen en het bouwen aan wederzijds vertrouwen belangrijke succesfactoren waren.

Dit promotieonderzoek wordt uitgevoerd in het kader van het Living Lab Ooijpolder-Groesbeek (LLOG). Dit brede onderzoeksprogramma van de Radboud Universiteit heeft drie thema’s. Sabine werkt aan het thema ‘Vruchtbare Samenwerking’. Bibi Witvliet onderzoekt het thema ‘Voorwaarden voor biodiverse landbouw’. Zie daarvoor het blog ‘Living Lab vraagt dóór’. Onder het derde thema ‘Biodiversiteit boven en onder de grond’ worden de ecologische aspecten onderzocht. Rosa Boone onderzoekt de bodem (zie het blog ‘Ruiken of de bodem gezond is’). Robin Lexmond kijkt naar het effect van landschapselementen in het agrarisch landschap op de diversiteit van de insecten-levensgemeenschap. De onderzoekers hebben het voornemen om aan het eind van het Living Lab project hun resultaten samen te voegen en een overkoepelend artikel te publiceren.

Het Living Lab is nauw verbonden met het Deltaplan Biodiversiteitsherstel waarin natuurorganisaties, boeren, burgers, wetenschappers, overheden, banken en bedrijven zich samen inzetten voor biodiversiteitsherstel in Nederland. In het veenweidegebied in de Alblasserwaard en in de Zuid-Hollandse duin- en bollenstreek vindt vergelijkbaar onderzoek plaats. De inzichten en ervaringen die in de drie living labs worden opgedaan zullen gebruikt worden om de aanpak van biodiversiteitsherstel binnen het Deltaplan vorm te geven.

 

Foto: Sabine Baumgarten bij een landschapselement in haar onderzoeksgebied

Foto bij intro: Een spinnenweb als metafoor voor het netwerk van mensen

 

Dit is een bericht van Arno van der Kruis voor Living Lab Ooijpolder – Groesbeek

Kijk voor meer informatie over dit onderzoek op de website van de Radboud Universiteit.

 

Nieuwsbrief Biodiversiteit